Shakespeare, William
Hij draagt zijn geloof, maar zoals de mode van deze hoed verandert, verandert het altijd met het volgende blok
Hier lig ik en meet mijn graf
Hoe moeilijk is het voor vrouwen om raad te houden! (Hoe moeilijk is het voor vrouwen om een geheim te bewaren!)
Hoe arm zijn zij die geen geduld hebben! (Hoe arm zijn degenen die geen geduld hebben!)
Hoe zoet slaapt het maanlicht op deze oever! (Hoe lieflijk slaapt het maanlicht op de heuvel!)
Ik ben een geweldige eter van rundvlees, en ik geloof dat dat mijn verstand schaadt
Ik heb het geleerd in Engeland, waar ze, het moet gezegd, ontzettend goed kunnen drinken: je Deen, je Duitser, je dikbuikige Hollander - drinken, hé! - alles is niets tegen de Engelsman
Als een man Porter of Hell Gate was, had hij de sleutel moeten omdraaien
als liefde blind is, / Het komt het beste overeen met de nacht
Als dat de aarde kon wemelen van vrouwentranen, / Elke druppel die ze valt, zou een krokodil blijken te zijn
Het zijn de sterren, / De sterren boven ons, bepalen onze omstandigheden
Het was de nachtegaal, en niet de leeuwerik
Het was de uil die krijste, de fatale portier, / Die de achtersteven welterusten
lach die wint
Leen me een spiegel / Als dat haar adem beslaat of vlekken maakt op de steen, / Wel, dan leeft ze
Laat me mannen om me heen hebben die dik zijn, / Strakke mannen, en zoals slapende nachten