Roth, Eugen
Zodat je naar de dokter gaat, / God schiep de pijn - want als het geen pijn deed, / Dan zou de eerste dokter nog steeds zitten / Alleen in zijn wachtkamer
Dat is wat ziekenhuizen bedoelen / Dat je - als het even kan - daar goed terecht komt / Maar als je erin zit: ga er dan snel uit! / Het ziekenhuis is besmettelijk
Niet voor niets worden de zieken daar gebracht waar de lucht gezond is / Maar het zijn er al te veel / En er ontstaat een luchtkuuroord
De dokter grijpt in in geval van nood - / Het hoeft geen interventie te zijn!
De huisarts komt niet zoals vroeger / Je probeert er zelf te komen / In de wachtkamer - het kan lang duren! - / Moet je wachten op de dokter
De humorist, zelf meestal niet vrolijk / Geeft vrolijkheid alleen door aan anderen / De wetenschap die het zelden bij het verkeerde eind heeft / Noemt zoiets een tussengastheer
De patiënt vertrouwt slechts schoorvoetend / De dokter die het pijnloos en goedkoop maakt / Laat het oude principe nooit roesten: / Het moet a) pijn doen, b) iets kosten
Wit is kruid en geen eten / Het wordt nooit door de lepel gegeven! / Gunstig - ook bij scherpe grappen - / Is hoogstens een mespunt!
De vrouw van de dokter is er slecht aan toe: / De overigens gewetensvolle man / Verwaarloost gewoon zijn plicht jegens haar - / En ze heeft geen "vrije dokterskeuze"
Je moet de dokter vertrouwen - natuurlijk! / Je wantrouwt alleen de vertrouwende, / Omdat hij je beveelt scherp te kijken, / Of je zelf te vertrouwen bent
Een mens ziet het daglicht - / Maar het bleek vaak / Na menige sombere jaren / Dat dit het enige sprankje hoop was
Iemand zegt - en is er trots op - / Hij doet zijn plichten / Maar al snel niet zo levendig, / Geeft hij toe aan zijn plichten
Een man die een schnitzel voor zichzelf bakte / merkte op dat hij het niet lekker vond / maar aangezien hij het zelf bakte / doet hij het alsof het hem is aangeraden / en, om zichzelf niet te verraden, / eet hij het met veel plezier
Een zomerse regen is aangenaam, / Een regenachtige zomer is abominabel