Italië
Vijf uur slaap: een reiziger zeven: een geleerde acht: een koopman elf: elke boef
Fuori il dente fuori il dolore (De tand eruit, de pijn weg)
Il primo amor non si scorda più (Je eerste liefde wordt nooit vergeten)
Il riso nasce nell'acqua e muore nel vino (Rijst wordt geboren in water en sterft in wijn) (Wijn moet worden gedronken met rijst)
Eet haring en ansjovis, dan blijf je elke dag vers
L'amore di carnevale muore di quaresima (Carnaval liefde sterft in de vastentijd)
L'ospite è sacro (De gast is heilig)
dwazen groeien zonder water te geven
Nessuno ha visto il giorno di domani (Niemand heeft morgen gezien)
Non c'è posto che rimpiazzi casa propria (Er is geen plaats die het eigen huis vervangt)
Ogni promessa è debito (Elke belofte is een verplichting)
Prendere lucciole per lanterne (Glimwormen verwarren met lantaarns) (Om bedrogen te worden)
Quando si è in ballo bisogna ballare (Als je aan het bal bent, moet je dansen)